Baten en lasten

Meerjarige begroting

8 Werk en inkomen

Rekening 2014

Begroting 2015

Begroting 2016

Raming
2017

Raming 2018

Raming  2019

Bijdragen rijk en mede-overheden

  717 447

  538 036

  562 220

  561 257

  560 926

  560 586

Dividenden

   0

  2 500

   0

   0

   0

   0

Opbrengsten derden

  15 266

  15 326

  16 168

  14 546

  13 310

  6 575

Overige baten

   622

   900

   0

   0

   0

   0

Apparaatslasten

  88 989

  98 861

  98 775

  97 147

  88 607

  81 898

Inhuur

  13 652

  19 309

  3 644

  3 334

  3 078

  3 078

Overige apparaatslasten

  3 081

  6 199

  8 937

  8 447

  7 911

  8 032

Personeel

  72 256

  73 353

  86 194

  85 366

  77 618

  70 788

Interne Lasten

  58 972

  48 990

  50 429

  47 297

  40 554

  37 465

Concernbrede bedrijfsvoeringskosten

  51 063

  53 470

  55 667

  52 535

  45 792

  42 703

Overige doorbelastingen

  7 909

-  4 480

-  5 238

-  5 238

-  5 238

-  5 238

Programmalasten

  700 120

  666 256

  664 092

  653 272

  646 294

  640 444

Inkopen en uitbestede werkzaamheden

  38 425

  33 309

  38 039

  34 654

  30 293

  29 345

Kapitaallasten

   267

   215

   225

   252

   287

   334

Overige programmalasten

  10 972

  9 410

  4 673

  4 554

  4 431

  4 256

Salarislasten WSW en WIW

  67 648

  66 467

  61 214

  56 654

  52 421

  47 857

Sociale uitkeringen

  574 117

  553 444

  556 909

  554 387

  556 287

  556 287

Subsidies en inkomensoverdrachten

  8 691

  3 411

  3 032

  2 771

  2 575

  2 365

Onttrekking aan reserves

  46 799

  41 732

  6 821

  1 200

   0

   0

Bestemmingsreserve Fit 4 Work

   20

   237

   0

   0

   0

   0

Bestemmingsreserve Krimp (motie 31)

   435

   0

   0

   0

   0

   0

Bestemmingsreserve Spaarsaldo Participatebudget

   0

  19 315

   0

   0

   0

   0

Bestemmingsreserve Taakmutaties Gemeentefonds

  1 616

  1 368

   0

   0

   0

   0

Bestemmingsreserve WWB meerjarig

   0

  20 812

  6 821

  1 200

   0

   0

Risicoreserve WWB

  44 728

   0

   0

   0

   0

   0

Toevoeging aan reserves

   0

   0

  13 408

  1 200

   0

   0

Bestemmingsreserve WWB meerjarig

   0

   0

  13 408

  1 200

   0

   0

Toelichting op de tabel
Baten

De baten bestaan voornamelijk uit rijksbijdragen in het kader van de Gebundelde uitkering Inkomensvoorziening (BUIG) ten behoeve van de uitvoering van de Wet Werk en Bijstand (WWB).
Tot 2015 werden ook de baten uit het Participatiebudget verantwoord binnen het programma Werk en Inkomen. Vanaf 2015 is dat niet meer het geval omdat dit budget onderdeel is geworden van het Gemeentefonds.

Lasten

De programmalasten bestaan voor het grootste deel uit de uitkeringslasten (bijstand). De volumegroei in 2015 is lager dan de landelijke groei en voor 2016 wordt rekening gehouden met een beperkte groei van het bijstandsvolume. Daarnaast worden de lasten tevens beïnvloed door de opbrengsten uit de extra inzet op handhaving.

De participatiemiddelen, als integrale uitkering in het Gemeentefonds, zijn bestemd voor re-integratie van werkzoekenden en vanaf 2015 ook bedoeld voor de werkzoekenden met een arbeidsbeperking en de uitvoering van de sociale werkvoorziening.

Reserves

Het tekort op de uitkeringslasten (BUIG) voor 2016 is geraamd op € 6,8 mln. Dit tekort wordt gedekt uit de reserve WWB. Het tekort is gebaseerd op de ontwikkeling van het bijstandsvolume en prijs tot en met juli 2015 en de doorrekening hiervan. Daarnaast is de laatst bekende informatie verwerkt over de hoogte van het BUIG-budget. Op basis van de doorrekening van de volumeontwikkeling tot en met april is in de kaderbrief 2015 reeds besloten tot een toevoeging aan de meerjarige Reserve WWB van € 13,4 mln.
In juli 2015 heeft de Raad van financiële verhoudingen (Rfv) een advies uitgebracht over het nieuwe verdeelmodel voor het BUIG-budget van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) voor gemeenten. Door onvolkomenheden in het model signaleren zij dat de baten voor grote steden onvoldoende zullen zijn voor hun uitgaven. Hoeveel lager de baten uitvallen is nog niet bekend. De bijstelling van de rijksbaten is nog niet verwerkt, aangezien de bekendmaking van het voorlopig budget 2016 door het Ministerie pas eind september 2015 wordt verwacht. Als het budget lager uitvalt dan begroot, wordt duidelijk of de reserve WWB toereikend is.  

Bij het vaststellen van de begroting 2016 vraagt het college de raad in te stemmen met de verruiming van het bestedingsdoel van de meerjarige Reserve WWB voor de kosten van Social Impact Bonds (onder andere SIB Werkplaats Rotterdam Zuid). De Social Impact Bond (SIB) is een afspraak met een sociale investeerder in de stad die werkzoekenden (uitkeringsgerechtigden) een baan verschaft met het doel een duurzame uitstroom uit de uitkering. De bespaarde uitkeringslasten wordt aangewend voor een bijdrage in de investeringskosten en het rendement, dat wordt betaald als de besparing dat toelaat. De constructie van de SIB vereist dat het bestedingsdoel van de huidige reserve WWB wordt verruimd zodat de bespaarde uitkeringslasten als gevolg van de SIB kunnen worden aangewend voor de kosten van de SIB.

Toelichting meerjarig verloop

De sprong in het meerjarig verloop van de baten wordt veroorzaakt doordat het participatiebudget vanaf 2015 is opgenomen in het Gemeentefonds welke verantwoord wordt op een ander programma. Daarnaast wordt de sprong ook veroorzaakt door de volledige inzet van het spaarsaldo in 2015.

Het meerjarig verloop op de programmalasten wordt met name bepaald door de afbouw van het participatiebudget die gerelateerd is aan de daling van het rijksbudget. Tot en met 2014 werd het volledige participatiebudget verantwoord op het begrotingsproduct werk en re-integratie. In 2015 is het deel van het participatiebudget dat wordt besteed aan activering, jeugd en zorg, schulddienstverlening et cetera ondergebracht in het programma Maatschappelijke Ondersteuning (inkopen en uitbestede werkzaamheden en overige doorbelastingen).

Het meerjarig verloop op de apparaatslasten wordt met name veroorzaakt door de mutaties in de formatie (flexibele schil) van het cluster Werk en Inkomen en de aan het personeelsbestand gerelateerde kosten (loonkosten, overige personele kosten, inhuur). De formatie van het domein Werk en Inkomen beweegt gedeeltelijk mee met de omvang van het bijstandsvolume.