Gemeenschappelijke regelingen

Gemeenschappelijke regelingen

De Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) biedt overheden de mogelijkheid om een deel van hun bestuurstaken te verplaatsen naar een openbaar lichaam. Dit wordt verlengd lokaal bestuur genoemd. Gemeenten kunnen een openbaar lichaam instellen. Een dergelijk openbaar lichaam is een rechtspersoon en kent drie organen: een algemeen bestuur, een dagelijks bestuur en een voorzitter. Alleen de Gemeenschappelijke Regelingen die gekwalificeerd worden als verbonden partij staan opgenomen in deze paragraaf. Daaronder zijn niet begrepen de zogeheten lichte regelingen, omdat daar de bestuurlijke component ontbreekt. Dit zijn samenwerkingsverbanden zonder bestuursorganen.

Te continueren gemeenschappelijke regelingen
Toelichting per verbonden partij
DCMR

De DCMR heeft de laatste jaren veel aandacht gekregen als gevolg van de misstanden bij het bedrijf Odfjell. Omwille van de veiligheid van de Rotterdammers benadrukt de gemeente het belang van voldoende en kwalitatief goede aandacht en inzet op toezicht en handhaving van de milieuregels. Daarom is de inzet binnen de organisatie en het werkpakket van de DCMR in 2016 nog meer gericht op taken als: vergunningverlening, toezicht en handhaving. Ook zal de komende tijd de nadruk liggen op de voorbereidingen op de implementatie van de nieuwe Omgevingswet die in 2018 is voorzien en die de decentrale afwegingsruimte voor gemeenten vergroot.

Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH)

De MRDH is per 1 januari 2015 van start gegaan en geeft uitvoering aan de vier programma's: Verkeer, Openbaar Vervoer, Economisch Vestigingsklimaat en Samenwerkingsverbanden. Voor 2016 zijn daarin de belangrijkste ontwikkelingen voor Verkeer: het bijdragen aan grote wegverkeersprojecten in de regio, zoals de verbreding van de A15 Maasvlakte-Vaanplein en de A13/A16-verbinding. Verder stimuleert de MRDH de aanpak van verkeersonveilige situaties (zoals blackspots) en verstrekt zij subsidies aan wegbeheerders voor de verkeersveiligheid. Voor het programma OV zijn de belangrijkste ontwikkelingen de (om)bouw van de Hoekse Lijn en het onderzoek naar de bereikbaarheid van de Maasvlakte 2. Het programma Economisch Vestigingsklimaat kent als belangrijkste ontwikkelingen: het opstellen van een visie voor werklocaties in de regio, maken van programmeringsafspraken voor werklocaties en het ontwikkelen van één loket voor locatievraagstukken. Tot slot wordt voor het programma Samenwerkingsverbanden invulling gegeven aan de platforms Bereik! (samenwerking voor bereiksbaarheidvraagstukken) en DOVa (ondersteunt de gezamenlijke regionale ov-autoriteiten bij het beleid omtrent het betaalsysteem).

VRR

Binnen de VRR is voor 2016 de vorming van de Landelijke Meldkamerorganisatie een belangrijke ontwikkeling. Voor een adequate brandweerzorg worden afspraken vastgelegd met de andere veiligheidsregio’s en de Landelijke Meldkamer Organisatie in een Service Level Agreement.
Daarnaast werkt de VRR de rol van wijkbrandweerman verder uit en wordt dit mogelijk in andere wijken binnen het gebied van de VRR geïmplementeerd. Aansluitend wordt gewerkt aan uniformering van de brandweeradviezen en wordt de uitvoering van het programma Brandpreventie geëvalueerd. Tot slot wordt een structurele aanpak op het gebied van water en evacuatie verder ontwikkeld, waarmee de veiligheidsregio’s samen met betrokken partners kunnen zorgen voor een adequate rampenbeheersing bij overstromingen.

Nieuw op te richten gemeenschappelijke regelingen of nieuwe deelname in bestaande gemeenschappelijke regelingen

Geen.

Te beëindigen gemeenschappelijke regelingen
Stadsregio Rotterdam

De Eerste Kamer heeft eind 2014 ingestemd met de Wet afschaffing plusregio's. Dit betekent dat de Stadsregio tot 2016 uitvoering geeft aan het afronden van programma's, projecten, subsidies en verordeningen en het afbouwen van de organisatie. Met de invoering van de MRDH is in deze periode gestart met het overdragen van de financiële vaste activa aan de MRDH. Hetzelfde geldt voor de fondsen die gerelateerd zijn aan de, vanuit het Rijk afkomstige, Brede Doeluitkeringen (BDU). Deze worden eveneens aan de MRDH overgedragen. Conform het liquidatieplan zal in 2016 ook worden overgegaan tot afrekening van de regiogemeenten. De gemeenten ontvangen een som naar rato van de inwonersaantallen. Deze som van de afrekening is met name opgebouwd uit de vrijval van het resterende saldo van de reserves (vrije financiële ruimte). Voor Rotterdam is dit saldo geprognosticeerd op circa €12,1 mln.
Wanneer geen sprake is van overdracht aan de MRDH of regiogemeenten, worden de resterende financiële en juridische verplichtingen in het proces van liquidatie verder afgewikkeld.