Bestuurlijke opdracht (product)
Gemeentefonds
Het Gemeentefonds is in principe vrij besteedbaar. De gedragslijn in Rotterdam is dat taakmutaties binnen de algemene uitkering en wijzigingen in decentralisatie en integratie-uitkeringen worden ingezet voor het doel waarvoor deze beschikbaar worden gesteld, tenzij anders wordt besloten. Er zijn drie soorten uitkeringen in het Gemeentefonds:
Algemene uitkering
Dit betreft de uitkering aan alle gemeenten, die ten goede komt aan de algemene middelen van de gemeenten.
Integratie-uitkeringen
De integratie-uitkering wordt toegepast als overheveling van een specifieke uitkering of andere middelen naar de algemene uitkering bezwaarlijk is vanwege de omvang van de herverdeeleffecten. De integratie-uitkering voorziet dan in een geleidelijke overgang naar de algemene uitkering. De integratie-uitkering ‘sociaal domein’ is vooralsnog voor een periode van 3 jaar ingesteld: van 2015 tot en met 2017. Het bevat integratie-uitkeringen voor de nieuwe Wmo, Jeugdzorg en Participatiewet. Volgens de huidige planning worden de aanwezige gelden in 2018 overgeheveld naar het Gemeentefonds en verdeeld volgens de reguliere maatstaven
Decentralisatie-uitkeringen
Binnen het Gemeentefonds bestaat sinds 2008 naast de algemene uitkering en de integratie-uitkering ook de decentralisatie-uitkering. De verdeling van de decentralisatie-uitkering volgt, net als de integratie-uitkering, evenmin de regels van de verdeling van de algemene uitkering van het Gemeentefonds. Anders dan bij de integratie-uitkering, waar de termijn van overheveling naar de algemene uitkering van tevoren vaststaat, ontbreekt bij de decentralisatie-uitkering een dergelijke termijn. Dat maakt de uitkering geschikt voor de overheveling van specifieke uitkeringen, ook als die termijn nog niet bekend is. Ook maakt het de uitkering geschikt voor middelen die slechts tijdelijk beschikbaar zijn of middelen die slechts aan één of niet alle gemeenten beschikbaar wordt gesteld.
Algemene reserve
De toevoegingen en onttrekkingen aan de Algemene reserve worden begroot op het product Algemene middelen. De algemene reserve heeft geen specifieke bestemming maar is een buffer ter afdekking van financiële risico’s. De ontwikkeling van de Algemene reserve is belangrijk voor de ontwikkeling van het weerstandsvermogen en de weerstandsratio (zie hiervoor de paragraaf Weerstandsvermogen).
Verwerking concernbrede reserves
Het gaat hier om reserves die voor meerdere programma’s worden ingezet. Het beheer van deze reserves is gekoppeld het product Algemene middelen. Er kan door andere programma’s en producten wel aan deze reserves worden onttrokken of toegevoegd. Het gaat bijvoorbeeld om de reserves Investeringsfonds Rotterdam (IFR), Taakmutaties en Bestemmingsreserve Krimp (Motie 31).
Post onvoorzien
In het BBV is vastgelegd dat iedere gemeente een post onvoorzien in haar begroting moet opnemen. Deze is opgenomen onder het product Algemene middelen en bedraagt meerjarig € 3,6 mln.
Concernbrede stelposten
Het gaat om posten waarvan de uitwerking hoe deze in de begroting moeten worden verwerkt nog plaats moet vinden. Voor de begroting 2016 zijn 2 stelposten verwerkt het gaat om de stelpost Voorjaarsretraite en de stelpost Bestedingsanalyse. Beide stelposten worden toegelicht bij de Bijstellingen.
