Weerstandsvermogen

Weerstandsvermogen (x € 1 mln., ultimo)

2013

2014

2015

2016

2017

2018

2019

Algemene reserve

46

110

112

54

14

25

45

Financieringsreserve

76

69

67

69

66

64

62

Kredietrisicoreserve

22

54

56

56

56

56

56

Weerstandsvermogen totaal

144

233

235

179

136

145

163

Toelichting weerstandsvermogen

Het weerstandsvermogen is gedefinieerd als het totaal van de algemene reserve, de financieringsreserve en de kredietrisicoreserve. In het Coalitieakkoord is afgesproken dat het weerstandsvermogen aan het einde van de collegeperiode minimaal € 160 mln bedraagt. Het weerstandsvermogen voldoet in 2019 aan de minimale norm van € 160 mln, maar in 2018 nog niet. Dit heeft onze volle aandacht en we zullen bij de begrotingsvoorbereiding van volgend jaar ervoor zorgen dat het weerstandsvermogen óók in 2018 weer op het gewenste niveau zit. De Septembercirculaire van het Rijk kan mogelijk nog leiden tot veranderingen hierin. Wij informeren de raad hier separaat over.

Ultimo jaar

Beschikbare weerstandsvermogen en weerstandsvermogen

2015

2016

2017

2018

2019

Algemene reserve

112.074

53.734

14.231

24.710

45.296

Financieringsreserve

66.901

68.848

66.005

64.174

61.911

Kredietrisicoreserve

56.197

56.197

56.197

56.197

56.197

Totaal beschikbare weerstandsvermogen

235.172

178.779

136.433

145.081

163.404

Bestemmingsreserves overig

678.372

578.885

538.586

514.893

499.540

    Waarvan juridisch verplicht

-376.574

-344.819

-323.157

-309.171

-292.950

Stille reserves

50.000

50.000

50.000

50.000

50.000

Stelpost onvoorzien

3.600

3.600

3.600

3.600

3.600

Onbenutte belastingcapaciteit

0

0

0

0

0

Totaal beschikbare weerstandscapaciteit

590.570

466.445

405.462

404.403

423.594

Weerstandsratio, ultimo jaar

2015

2016

2017

2018

2019

Beschikbare weerstandscapaciteit

590.570

466.445

405.462

404.403

423.594

Benodigde weerstandscapaciteit

286.130

286.130

286.130

286.130

286.130

Ratio

2,1

1,6

1,4

1,4

1,5

Toelichting weerstandscapaciteit

De weerstandsratio betreft de beschikbare weerstandscapaciteit afgezet tegen de benodigde weerstandscapaciteit. De beschikbare weerstandscapaciteit wordt gevormd door álle reserves, tenzij er juridische verplichtingen zijn aangegaan, de stille reserves en eventuele onbenutte belastingcapaciteit (deze wordt op nul geraamd). De benodigde weerstandscapaciteit wordt bepaald op basis van een inventarisatie van de risico’s die de gemeente loopt. Voor de berekening worden omvang en kans van de risico’s in een risicocumulatiemodel ingevoerd. In het Coalitieakkoord ‘Volle kracht vooruit’ is afgesproken dat de weerstandsratio aan het eind van de collegeperiode minimaal 1,4 bedraagt.